Sint-jakobsvruchten & garnalen met pijnboompitten-perensoep en koraal tuille.
VoorgerechtIngrediënten voor 2 pers (ca.):
• 50 gr verse pijnboompitten, plus wat extra als garnering
• 400 gr nashipeer of gewone peer, geschild, klokhuis verwijderd
• 1⁄2 theel. zeezout, plus wat extra
• 11⁄2 theel. Citroensap
• 2 thel. plantaardige olie
• 1 koningsgarnalen, gepeld, darmkanaal verwijderd
• 1 sint-Jakobs vruchten, zonder het taaie gedeelte aan de rand (indien verkrijgbaar, anders extra koningsgarnaal)
• 1 theel. geroosterde sesamolie 1 theel. fijngehakte bieslook fijngemalen zwarte peper
Ingrediënten Koraal tuile (voor 10 porties):
• 60 gram plantaardige olie (gebruik zonnebloemolie)
• 50 gram water
• 10 gram patentbloem
• kleurstof naar keuze (op waterbasis)
• zeezout
Bereiding perensoep:
1. Rooster 50 gram pijnboompitten ongeveer 6-8 minuten in de oven (pan) tot ze heel lichtgeel van kleur zijn. Ze mogen niet te donker worden! Laat ze volledig afkoelen.
2. Maal de afgekoelde pijnboompitten met de peer in een keukenmachine tot een volledig glad mengsel. Giet het mengsel boven een kom door een fijne zeef. Druk zo veel mogelijk vocht uit de pulp. Gooi de pulp weg. Breng het mengsel op smaak met 1⁄2 theelepel zout en het citroensap.
3. De soep moet op kamertemperatuur geserveerd worden, dus als het niet té warm is in de keuken, hoef je de soep niet in de koelkast te zetten.
4. Verhit de plantaardige olie in een koekenpan op hoog vuur. Bestrooi beide kanten van de garnalen en sint-jakobsvruchten met wat zout en peper.
5. Leg ze in de hete pan en bak ze 1-11⁄2 minuut aan beide kanten tot ze net door en door gaar zijn. Haal ze uit de pan en sprenkel de sesamolie erover.
6. Verdeel de pijnboompitten-perensoep over twee kommetjes en schep vervolgens in elke kom voorzichtig 2 garnalen en 1 sint-jakobsvrucht.
7. Strooi er wat pijnboompitten en de bieslook over. Serveer direct.
Bereiding koraal:
1. Meng de olie, het water en de bloem in een kom goed door elkaar met een garde totdat je geen klontjes meer hebt.
2. Voeg optioneel beetje bij beetje de kleurstof toe totdat je de juiste kleur hebt.
Hou er rekening mee dat de kleur van het uiteindelijke koekje nog ietsje feller wordt, dus je hebt niet extreem veel kleurstof nodig.
3. Verhit een koekenpan op laag vuur. Zorg ervoor dat de koekenpan echt een goed gelijke bodem heeft, en dus niet helemaal is kromgetrokken.
4. Roer de mix nogmaals goed door met de garde. Schenk een lepel van de mix in de koekenpan en laat dit net zolang bakken totdat het niet meer bubbelt.
Let op: dit gaat best wel een beetje spetteren, dus doe een schort aan.
5. Schep voorzichtig met een spatel uit de pan en laat uitlekken op keukenpapier. Bestrooi gelijk met zeezout.
6. Herhaal deze stappen totdat je beslag op is. Meng telkens je beslag weer even goed voordat je een nieuwe lepel in de koekenpan schenkt.
Water en olie mengen niet, dus als het mengsel even staat gaat het weer scheiden.
Voor een stevige koraal met relatief kleine gaatjes moet het echt goed gemengd zijn. Hoe minder goed je mengt, hoe grover de gaten zullen zijn. Dit is ook erg mooi, maar ook wat instabieler.